Sint-Janskerk De oorsprong van de Sint-Janskerk ligt waarschijnlijk in de 13de eeuW. In die periode hoorde hij bij het hofcomplex van de toenmalige machtshebbers, de Heren van der Goude, in de nabije omgeving. Rond 1350 verrees een toren waarvan de onderbouw nog resteert. Rond 1400 werd de kerk naar het oosten uitgebreid en ontstond een driebeukige hallenkerk met een driezijdig koor. In dezelfde periode kwamen de twee volgende torengeledingen tot stand. In 1438 viel ook de kerk ten prooi aan de stadsbrand, maar na een korte herstelperiode werd het gebouw al weer gewijd. Na 1475 werd de kerk uitgebreid met extra zijbeuken, een niet uitstekend transept en het koor. Daarmee ontstond de langste kerk van Nederland (123 m). In 1552 brandde een groot deel van de kerk af en werd de kerk grootscheeps verbouwd naar ontwerp van Cornelis Frederickszoon van der Goude. Aan het einde van de 16de eeuw werd het middenschip verhoogd met een lichtbeuk en de toren kreeg de bovenste hardstenen bekroning met spits. De Sint-Janskerk is wereldberoemd om zijn 'glazen' ofwel glas-in-loodramen uit de periode 1555-1603 waarvan een deel is ontworpen door de gebroeders Crabeth. In 1934 werd tegen het koor de Van der Vormkapel gebouwd om de zogenaamde reguliersglazen in onder te brengen
Achter de Kerk 2, Gouda
Google Streetview
OpenStreetMap